Afrikaans

De Viccionari
Potser volíeu: afrikaans, afrikáans


Alemany
[modifica]

  • Pronúncia: /ˌafʀiˈkaːn(t)s/ Afrikaans 

Nom[modifica]

Afrikaans n. ‎(genitiu Afrikaans, sense plural)

  1. afrikaans (llengua)

Declinació[modifica]

Cas Singular Plural
Nominatiu das Afrikaans -
Genitiu des Afrikaans -
Datiu dem Afrikaans -
Acusatiu das Afrikaans -



Alt sòrab
[modifica]

Nom[modifica]

Afrikaans

  1. afrikaans (llengua)


Anglès
[modifica]

  • Pronúncia: /ˌɑːfrɪˈkɑːnz/

Nom propi[modifica]

Afrikaans

  1. afrikaans (llengua)


Baix sòrab
[modifica]

Nom[modifica]

Afrikaans

  1. afrikaans (llengua)


Neerlandès
[modifica]

Adjectiu[modifica]

Afrikaans

  1. africà

Nom[modifica]

Afrikaans

  1. afrikaans (llengua)